Inleiding en reisplan


Welkom op onze China-website 2010 ! Op deze site kun je allerlei informatie vinden over de reis die wij in mei 2010 op eigen gelegenheid hebben gemaakt door het oosten van China.

In 2000 reisden we voor de eerste keer naar China. Inmiddels is dat al weer 10 jaar geleden en was dit de zesde keer dat we het land bezochten. In die 10 jaar zijn er ruim 130 miljoen Chineesjes bij gekomen ! China is een immens land, 70 keer de oppervlakte van Nederland, waarvan wij nog maar een heel klein gedeelte gezien hebben en waar we deze reis weer een stukje aan toegevoegd hebben.
Alleen de vliegtickets hadden we gekocht, heen naar Hongkong en terug vanuit Shanghai en in beide steden via Internet vooraf een hotel gereserveerd. Verder hadden we niets geregeld en ook geen vast reisplan, we zagen wel waar we terecht kwamen en wat we gingen doen. Waar het mooi was bleven we en als we uitgekeken waren reisden we weer verder.  B door ons reisverslag en schroom  eens een reactie te geven.

Voor een verslag van de reis die we in 2008 door het zuiden van China maakten klik op onze website http://www.pimpblog.nl/gochina

en voor de reis in 2009 door China klik op http://www.pimpblog.nl/china2009

Voor onze reis in 2011 naar Kashmir en Ladakh in het noorden van India zie http://india2011reis.blogspot.nl  

Voor een verslag van de reis die we in 2012 door het noorden van China maakten klik op onze website http://www.pimpblog.nl/2012

Kaart Totaal route 2010

DAG 1 (1 mei) Hongkong aankomst

Photobucket
Hong Kong International Airport

Om 14.30 uur Chinese tijd komen we aan op het vliegveld van Hongkong na een rechtstreekse vlucht van ruim 11 uur vanuit Amsterdam. Gisteravond zijn we om 21.15 uur vertrokken, gelukkig zonder dat de vulkaan op IJsland roet in het KLM eten gooide. Op de dag (Koninginnedag) dat de ene helft van de Nederlanders zijn zolderspullen verkocht aan de ander helft.
De volledige naam van deze hieper-moderne luchthaven is Hongkong Chek Lap Kok International Airport, genoemd naar het kunstmatige eiland dat speciaal voor de luchthaven is gerealiseerd. De luchthaven ligt vlak voor de kust van Lantau Island, het grootste eiland van Hongkong.

HONGKONG BUS AirportWe nemen de Airportbus naar het centrum van Hongkong, vanwaar met een taxi verder gaan naar het Hotel Bridal Tea House in Winslow Street. Niet een al te bekende Street, want de taxichauffeur heeft moeite het te vinden. Om 16 uur Chinese tijd zijn we hier, dit is 10 uur smorgens Nederlandse tijd. We hebben er dus vanuit het Hart van het Noorden tot het hotel in Hongkong totaal 18 uur over gedaan. Inclusief 11 uur vliegen is dat niet slecht en omdat we ook nog redelijk veel geslapen hebben in het vliegtuig voelen we ons nog behoorlijk fit. Het is zonnig weer in Hongkong, ca. 27 graden met zo nu en dan een beetje bewolking.
De hotelkamer die we vooraf in Nederland via het Internet geboekt hebben is keurig netjes. Maar qua grootte wel volgens de Hongkong norm, d.w.z. een uitvergrote kledingkast, je kunt je kont er niet keren, laat staan 2 Hollandse konten, maar wel schoon en met airco. De meeste hotels in Hongkong hebben deze grootte, wil je een ruimere kamer dan zit je ook meteen in een veel duurdere prijscatagorie.

PhotobucketOok het uitzicht is niet al te florissant, maar geeft wel een goed beeld hoe de meeste mensen hier wonen. Hongkong is één van de duurste steden om te wonen, vandaar de geringe woonoppervlaktes. Veel inwoners, die het zich kunnen veroorloven, gaan tegenwoordig dan ook in Shenzhen wonen, maar ook daar stijgen de prijzen fors.
We zitten in de wijk Hung Hom, een volkswijk, wat duidelijk aan de flats van onze achterburen is te zien. Door de krappe behuizing speelt een groot deel van het leven zich op straat af.

In deze wijk opvallend veel winkels en oude fabriekshallen waar ze bloemstukken en bloemenkransen voor begrafenissen maken. Daar wordt druk gebruik van gemaakt, want tot laat in de avond is men nog bezig de bloemetjes buiten te zetten. Ook rijden ze er met handkarren vol geladen met oude kransen door de straten. Van het geraamte maakt men weer nieuwe kransen. Het geraamte van de kransen wel te verstaan!

DAG 2 (2 mei) Hongkong nader verkennen

Hong Kong heeft 9 miljoen inwoners en was tot 1997 een Britse kroonkolonie. In dat jaar werd het overgedragen aan China. Hongkong heeft wel een uitzonderingspositie in China: het is een zogeheten Speciale Administratieve Regio die van de rest van China wordt gescheiden door een zwaarbewaakte grens. Voor Hongkong hebben we dan ook geen visum nodig, in tegenstelling tot de rest van het land. Er bestaat ook geen perscensuur en er geldt het kapitalistische systeem. Toch gingen in 2005 honderdduizenden inwoners de straat op, omdat China hun vrijheden dreigde in te perken.

We waren hier eerder in 2004, maar slechts één dag. Wel hebben we toen in hoog tempo de stad doorkruist en toch nog veel gezien. Zie de video-opname die we toen gemaakt hebben.



Nu blijven we hier 3 dagen en hebben tijd de stad verder te verkennen. Waar we toen niet aan toe kwamen was een bezoek aan de Victoria Peak, een hoge berg vanwaar je een prachtig uitzicht over de stad hebt. Bijna een verplichte attractie voor iedere bezoeker aan Hong Kong.

Zondagsmorgen nemen we een taxi naar The Peak. Een behoorlijk lange rit, o.a. door de lange tunnel onder de Parelrivier die Kowloon met Hongkong Island verbindt. Genoeg tijd om een praatje met de vriendelijke en goed Engels sprekende taxichauffeur te maken. Hij vertelt dat er na de overname van de Britten door de Chinezen gelukkig niet veel verandert is. Wel komen er veel meer Chinezen met geld naar Hongkong, maar minder Amerikanen als gevolg van de financiele crisis.
We dachten te hebben afgesproken dat de taxichauffeur ons naar het beginpunt van de Peaktram zou brengen, vanwaar een tram je via een steile helling naar het hoogste punt, de Peak brengt. Maar we waren blijkbaar niet duidelijk genoeg geweest, want de taxi brengt ons rechtstreeks naar de Peak. Jammer, want we hadden graag de spectaculaire rit met de Peaktram gemaakt tegen de steile helling op.
Op de Peak gaan we naar de Peaktower, een hoog modern gebouw, waarin behalve behalve winkels en eetcafe's ook een Madam Tussauds is gevestigd. Boven op het gebouw is een uitzichtplatform met een spectaculair panoramisch uitzicht van 360 graden. Hier is het ons om te doen is, het uitzicht op de skyline van Hongkong. Helaas wordt het uitzicht beperkt door de grote luchtvochtigheid, maar het uitzicht is zeker de moeite waard.

Hongkong Peak View

Vervolgens gaan we aan de wandel op de Peak. Er is een mooie wandelroute van 3 kilometer rondom de Peak aangelegd. Dit schaduwrijke verharde bospad biedt niet alleen een mooi uitzicht op de stad met zijn wolkenkrabbers, maar ook op de haven en de verschillende eilanden rondom de stad. Het pad kronkelt door de tropische begroeiing van bomen en planten met veel verschillende vogels en kleurige vlinders.

Onderweg raken in gesprek met een bejaard echtpaar dat elke zondag hier naar toe gaat om te recreëren. Tot onze verbazing vernemen we dat de vrouw Nederlands verstaat. Ze vertelt dat ze in 1929 in Bandung, in het toenmalig Nederlands-Indië is geboren en daar in het Nederlands les heeft gehad. Ze volgde een opleiding voor apotheker en kreeg les van een professor die eerst aan de universiteit van Groningen en later van Utrecht was verbonden. In 1963 verhuisde ze naar China en heeft toen Chinees moeten leren en heeft sindsdien nooit meer Nederlands gesproken. Tot ze vandaag deze 2 Hollanders hier ontmoet. Vol verwondering horen we hoe goed ze nog Nederlands durft te spreken en welk plezier ze daar aan beleeft. In het kort vertelt ze hoe ze in Hongkong is verzeilt geraakt en dat er vlak voor de overname door de Chinezen veel inwoners uit Hongkong naar Amerika en Canada zijn verhuisd, omdat men de Chinese overname vreesde. Velen komen nu terug omdat de overname weinig van het leven in Hongkong heeft verandert.

Om weer beneden in de stad te komen volgen we The Old Peakroad, een heel steil voetpad, ook weer zo'n 3 km en opnieuw met een prachtige tropische begroeiing rondom. Het is behoorlijk uitputtend om zo steil naar beneden te gaan en komt op de kuiten aan, maar wel goed om onze conditie te trainen.

In het centrum van Hongkong Island zien we grote groepen vrouwen bijeen, zowel op de pleinen als langs de kant van de weg. We schatten dat het er wel een paar duizend zijn. Het zijn Filipijnse vrouwen, die in hun eigen land geen werk kunnen vinden en hier in Hongkong proberen geld voor de familie te verdienen. Ze willen zondags niet in hun kleine onderkomens verblijven en ontmoeten hier hun landgenoten om even lekker bij te praten, kaartspelletjes te doen, elkaars nagels te manicuren en elkaars haar te doen. We zijn een aantal jaren geleden op de Filipijnen geweest en hebben kunnen zien hoe moeilijk het leven daar is voor de meeste mensen. Maar ook in Hongkong zullen ze het ook niet gemakkelijk hebben en we kunnen ons voorstellen hoe plezierig het is hun landgenoten, zeg maar lotgenoten één keer in de week te ontmoeten. Het is dan ook een gezellige bijeenkomst.

Met de Star Ferry varen we terug naar Hung Hom, het stadsdeel waar wij verblijven. We zijn te moe om er savonds nog weer uit te gaan, maar dat hoeft ook niet, we hebben genoeg gedaan vandaag en heel veel gezien.

DAG 3 (3 mei) Hongkong - opnieuw naar de Peak en shoppen en sjokken

Vanmorgen weer met de Star Ferry over naar Hongkong Island. Vandaaruit lopend naar het station van de Peaktram. Gisteren met de taxi naar de Peak, vandaag willen we toch echt met de tram. Nergens ter wereld vindt je zoiets als de Peak Tram. Voortgetrokken door stalen kabels klimt de tram 373 meter omhoog.

Hongkong Peaktram

Er zijn meer mensen die dat van plan zijn. Er staat al een lange rij te wachten. Na ruim een half uur kunnen we instappen. De rit naar de top duurt zo'n 7 minuten. Het is zo steil dat het lijkt alsof de gebouwen die je passeert hellen met een hoek van 45°! Ook de passagiers in het gangpad staan onder een hoek van 45 graden zich schrap te zetten. Vooral het laatste stuk, als de tandradbaan een forse klim maakt, is spectaculair. Zowel naar boven als naar beneden, beide ritten zijn mooie ervaringen.

Hongkong Island

Terug met de Star Ferry naar Kowloon, het stadsdeel waar de meeste winkels te vinden zijn en de prijzen een stuk lager dan op Hongkong Island, waar de duurdere (design)winkels te vinden zijn, terwijl Kowloon meer voor de koopjesjagers is. Aangezien we niks nodig hebben wordt het meer sjokken dan shoppen en doet de inspanning van gisteren zich voelen, we komen er achter dat vooral de kuitspieren de vorige dag een behoorlijke inspanning hebben geleverd. Gelukkig heeft Hongkong niet alleen "Shopping Malls" en andere hoge gebouwen maar ook verschillende mooie parken, waar de inwoners, maar ook wij heerlijk tot rust kunnen komen. En in één van de Mc Donalds belonen we onszelf met een lekker ijsje. Een traditie die we vorig jaar in Beijing ingesteld hebben toen we een hotelkamer schuin tegenover de Mc Donalds hadden.We konden met geen mogelijkheid terug naar het hotel zonder even een Dame Blanche of een aardbeienijsje te nemen. Het hele jaar hebben we het er over gehad dat we die traditie dit jaar moeten voortzetten, anders wordt het natuurlijk nooit een traditie. Het formaat van het ijsje viel toch enigzins tegen. Mogelijk is ook dit een speciaal Hongkong formaat. Maar waarschijnlijk was de grootte in gedachten in een jaar tijd behoorlijk gegroeid. Maar het smaakte nog even lekker en dus naar meer. Het zijn tenslotte de kleine dingen die het doen....., wie zong dat ook weer ?

Hongkong Avond Shops
s-Avonds gaan we naar Nathan Road, de winkelstraat met de meest uitbundige neonreclames van heel zuid-oost Azie en waarvan foto's staan in elke toeristengids die van Hongkong wordt uitgegeven. Drommen mensen lopen langs de winkels, eethuizen en eetstalletjes, terwijl op elke hoek wel een Indiër met een rollende ERRR je een RRRRROLEX probeert te verkopen of een maatpak en liever nog beide. Eens was Nathan Road de koopjesschuur voor de Internationale elektronicahandel. Nog barst het uit de voegen van de winkels met elektronica, computers en camera's. Maar de prijzen zijn nu veelal hoger dan in Nederland.

DAG 4 (4 mei) van Hongkong naar Macao

Vanmorgen met de taxi van het hotel naar de haven waar we om half tien kaartjes kopen voor de boot naar Macao. Maar op de boottickets zien we dat de boot pas om elf uur vertrekt. Bij een ander loket zien we dat een andere maatschappij kaartjes verkoopt voor een boot die al om tien uur vertrekt. Snel terug naar het loket waar wij kaartjes gekocht hebben en proberen ze weer in te leveren. Dat zal wel niet lukken, maar niet geschoten is altijd mis. We hebben inmiddels in China wel geleerd niet te bang zijn en heel vasthoudend, dan lukt er soms nog wel iets. Na stevig aandringen en ondanks de taalbarrière lukt het wonder boven wonder ook nog de kaartjes weer terug te laten nemen. Snel nieuwe kaartjes kopen, waarna we ook nog door de paspoortcontrole moeten. Nog net op tijd zijn we bij de boot van de First Ferry Compagny en varen in ruim een uur met de Turbo Speed Ferry naar Macao. In Macao kunnen we achter in de rij aansluiten voor de lange rijen bij de douane. Er is een veel kortere rij bestemd voor 65 plussers, gelukkig, hoewel in dit geval helaas, mogen we daar nog geen gebruik van maken.

Met wat vragen zo hier en daar vinden we de juiste stadsbus die ons naar de omgeving brengt waar we een geschikt hotel denken te vinden. Als we door de stad rijden kunnen we al wat sfeer proeven van Macao, dat een heel wat menselijker maat heeft met veel minder hectiek dan Hongkong. Alleen de luchtvochtigheid van 85 procent bij een temperatuur van 25 graden en het gesjouw met de rugzakken doet ons behoorlijk transpireren.

Tot 1999 was Macao een Portugese kolonie, waarna het werd teruggegeven aan de Chinezen. Eerder probeerden de Hollanders de Portugezen er al weg te krijgen, om precies te zijn in 1622, maar het Hollandse leger werd er verslagen.
Veel doet nog denken aan de Portugese tijd, niet alleeen door de talrijke koloniale gebouwen, maar ook zijn de straatnamen in zowel het Portugees als in het Chinees. De verschillende nauwe straatjes met hun veelkleurige gevels zouden zo in Portugal of Spanje kunnen zijn, waarbij ook de katholieke kerk en de mooie pleintjes niet ontbreken. In de boekwinkels liggen veel Spaanstalige boeken en ook qua uiterlijk zijn er veel Portugees uitziende mensen, en dat niet allleen, ze spreken die taal ook. Je hebt hier dan ook niet het gevoel in China te zijn.
 Macao Plein

We vinden een geschikt hotel in de Rue da Felicidade bij een pittige Portugese bazin, waar we met enige moeite toch nog 20 procent korting bedingen op de kamerprijs. Afdingen moet, ook in deze Portugese contreien. Het is een kamer met een formaat waar we in Hongkong alleen maar van konden dromen. Vanuit de hotelkamer ruiken we de geuren van de eethuisjes. Vroeger waren in deze buurt veel bordelen te vinden, maar nu kun je er een tussenstop maken om de maag te bevredigen.

Macao straatje

Het vroegere Macao heeft zijn welvaart vooral te danken aan de scheepvaart, maar vandaag de dag zijn het de Casino's die de zilvervloot laten binnenvaren. De Chinezen zijn gek op gokken en komen dan ook met vele duizenden elke dag naar toe. Macau is het Las Vegas van Azie, er zijn zo'n 14 casino's, waarvan velen dag en nacht geopend zijn.

We nemen een kijkje in het Grand Lisbo Casino, een van de meest luxueuze, maar we kunnen zo in ons vakantiekloffie naar binnen. Gelukkig snappen we weinig van de verschillende spelen, waardoor we met even weinig geld het casino verlaten als we er binnen zijn gegaan.


Er staan twee mooie Bentley's voor het casino die dienst doen als taxi. Zul je wel nodig hebben als je veel gewonnen hebt. Of als je veel geld wilt vergokken. Wij maken er maar geen gebruik van deze keer. We gaan wel met de 'benewagen'.

DAG 5 (5 mei) Macao en het Hart van het Noorden

We zijn onze papegaai kwijt!

Wie heeft deze vogel omstreeks 5 mei in het Hart van het Noorden gesignaleerd ?


We hebben inmiddels begrepen dat het beest is gevonden en liefdevol wordt verzorgd in het bejaardentehuis in Het Hart van het Noorden, waarvoor dank.



Vandaag nemen we een kijkje in The Venetian, het spectaculairste casino van Macao en het eerste door Amerikanen bestuurde casino in Macao. Met gratis bussen van het casino worden de gokkers overal vandaan gehaald en naar de The Venetian gebracht. Vlak bij ons hotel is een halte en wij maken dan ook graag gebruik van deze service.

The Venetian is een kopie van een casino in Las Vegas met dezelfde naam, alleen drie keer zo groot. In augustus van 2007 opende het $2,4 miljard kostende complex haar deuren. Er is een hotel met 3.000 suites, een sport arena met 15.000 stoelen en een Banqueting zaal voor 6.000 stoelen. Maar het belangrijkste onderdeel is natuurlijk het casino met fruitmachines, blackjack, poker en baccarat tafels en nog veel meer spellen. De Amerikanen hebben de smaakt te pakken, want het MGM Mirage bijvoorbeeld, is bezig pal ernaast een project te bouwen. Playboy heeft ook interesse in het openen van een entertainment en gokcomplex op Macau.
Casino Spelzaal

Heel speciaal is een nagebouwd straatje met grachtenpanden binnen in het casino, een miniatuur Venetië, waarbij gondels door de gracht varen en de gondeliers zelfs Italiaanse liederen ten gehore brengen. Als je omhoog kijkt zie je de mooie blauwe lucht, het lijkt bedrieglijk echt, maar is een overkapping !
Casino Lucht

Casino Gondel

Na de straatjes van Venetië wandelen we verder en komen langs de meest sjieke winkels, waar alle vooraanstaande wereldmerken hun eigen shop hebben, van luxe tot super-de-luxe. Vooral de kleding-, parfum- en horlogemerken zijn ruim vertegenwoordigd. Maar ook een shirtje van Edwin van der Sar kun je er kopen in de speciale shop van Manchester United.
Even verder komen we bij de champagnebar. De champagne van Moët et Chandon wordt heerlijk koel en stijlvolle bewaard in een kristallen koeler met Swarovski kristallen, klaar om gedronken te worden. De aanblik alleen al maakt ons dorstig, maar helaas is de bar gesloten. We zoeken verder en vinden tenslotte een tafeltje bij de Burgerking, iets minder sjiek helaas, maar ook iets goedkoper. We bestellen een grote beker Cola met veel ijs en omdat we zoveel Champagnegeld uitgespaard hebben nemen we er ook nog frietjes bij. Het kan niet op en je hebt maar één keer vakantie !


DAG 6 (6 mei) Macao - Museu de Macao

Het is vandaag een vieze vochtige warmte die je soms in Nederland op een zomerse dag ook hebt. Zonder iets te doen zweet je al. We zoeken een plaats met airco en vinden dat in het Museu de Macao. Een mooi en informatief museum wat een goede kijk geeft op de Portugese en Chinese geschiedenis van Macao. De chronologische tentoonstelling begint met de aankomst van de Portugese handelaars en Jezuïeten missionarisen rond 1550.

Boven het museum ligt het Fort uit 1616, dat de Nederlanders 6 jaar later in wilden pikken, maar hun op een gevoelige nederlaag kwam te staan. We vertellen dan ook maar niet uit welk land we komen. Veel buitenlandse toeristen komen we overigens niet tegen. Wel veel Chinese toeristen, die alles fotograferen wat maar enigszins een leuke achtergrond heeft, met zelf er altijd bij op de voorgrond. Een Chinese mevrouw durft na enige aarzeling ons te vragen met haar op de foto te gaan. Als we netjes op een rijtje staan knijpt ze de Hollandse dame even in de borst, voelen of het wel echt is! Als er nog een tiental Chinezen op een drafje aan komen hollen en ook met die gekke langneuzen op de foto willen wordt het ons te gevaarlijk. Je weet maar nooit waar ze nog meer in willen knijpen, de hoogste tijd om te vluchten.

Grafzerk

Vlak bij ligt het Oude Protestantse kerkhof. De grafopschriften verschaffen inzicht in de eerste kolonisten die hier, maar ook vaak onderweg op de boot er naar toe, de dood vonden. Naast o.a. Amerikanen, Engelsen, Fransen en Denen vinden we ook nog een paar Hollanders, waaronder Clazina van Valkenburg, een Grunningse, die we echter niet gekend hebben.

DAG 7 (7 mei) van Macao naar Meizhou


Beschrijving van een reisdag in China, zoals wij die ervaren.

DAG 7 Kaart Macao - MeizhouHet plan was om vanuit Macao naar Guangzhou, het vroegere Canton te reizen, daar 1 of 2 dagen te blijven en vandaar etappegewijs verder naar het noorden te reizen om uiteindelijk in Shanghai te eindigen, het einddoel van onze reis.
Gisteravond zijn we de stad in geweest om aan de weet te komen welke bus we moeten hebben naar Guangzhou, om welke tijd deze vertrekt en waar. Met veel lopen naar verschillende bushaltes en hier en daar vragen lukte dit, maar dan zijn we wel een paar uur verder. Veel zin om nog een paar dagen in een drukke stad te vertoeven hebben we evenwel niet. Terug op de kamer bestuderen we daarom nog eens de kaart en komen er met behulp van The Rough Guides achter dat er een boot van Macao naar Shenzen gaat en we daarmee een hele hoek afsnijden. Boottijden hebben we echter niet en we weten ook niet niet hoe we vanuit Shenzen verder kunnen reizen. Wel dat er een bus naar het noorden gaat vanuit Shenzen, maar niet van welk busstation, waarvan er minstens 3 zijn. Maar we wagen het er maar op en zullen wel zien hoe het zal verlopen.

Om 9 uur boeken we uit bij het hotel en zijn al om 9.15 uur met de stadsbus bij de haven. Er gaan maar 4 boten naar Shenzhen aan de andere kant van de parelrivier, maar we hebben geluk, want er gaat een boot om 9.45 uur. Voor we aan boort kunnen moeten we eerst nog door de douane (1 land, 2 systemen), maar dat gaat vlot. Ook aan boord van de snelle catamaran is het niet druk, zodat we een mooi plekje hebben. Helaas is het uitzicht beperk, maar het is in ieder geval droog. Vannacht heeft het hard geregend en werd er een regenalarm afgekondigd. Vanmorgen werden we zelfs door het hotelpersoneel gewekt om te controleren of we de ramen wel dicht hadden. Op TV zagen we dat het alarm om 8 uur werd ingetrokken.

Om 11 uur komen we aan in de haven van Shenzhen. Ook hier komen we vlot door de douane, mede doordat we een paar Chinese meiden opzij zetten die denken voor te kunnen dringen. Nu moeten we nog met een bus in de stad zien te komen. Na wat zoeken en vragen en 10 minuten met de zware rugtassen lopen vinden we uiteindelijk de bushalte. Opnieuw hebben we geluk met de aansluiting, want na 5 minuten wachten is de bus er al.

Shenzhen
Ongeveer de helft van alle exportgoederen van China komt uit deze regio. Kijk maar even rond in huis hoeveel spullen u heeft "Made in China", veel zal afkomstig zijn uit dit gebied. Het was wijlen Deng Xiaoping die in de tachtiger jaren het initiatief nam Shenzhen uit te roepen tot Speciale Economische Zone. Met zijn slogan "Rijk worden is heerlijk" liet hij het vrije marktprincipe in deze regio toe. Een hele verandering na het Mao tijdperk. Een groot Billboard langs de straat met het portret van Deng geeft aan dat ze hem hier nog niet vergeten zijn. "Kleine Deng" (hij was maar 1.55m), was overigens ook de man die in 1989 de studentenprotesten hardhandig neersloeg.

We ervaren hoe uitgestrekt Shenzhen is. Het kost 1.30 uur om bij het busstation in het centrum te komen, waarbij we gedurende de hele rit onafgebroken langs woonblokken, fabrieken en luxe hotels rijden, zowel links als rechts van de brede straten, het ene gebouw nog hoger dan het andere. Flatgebouwen van wel dertig, veertig verdiepingen hoog, in de meest vreemde kleuren - geel, oker, vaalgroen, blauw, sepia en paars. In welke zuurstokkleur wilt u wonen meneer Hu Lang? Twee van zulke flats in het Hart van het Noorden en je kunt de rest van het dorp aan de natuur teruggeven. Even de bulldozer ervoor en klaar is het, zo doen ze het in China tenminste.

We willen vandaag nog een stuk verder reizen en na een korte lunchstop bij een KFC voor een snelle hap gaan we op zoek naar de volgende bus, maar zo soepel als het eerst ging zo moeilijk gaat het nu. We dachten dat Shenzhen een internationale stad zou zijn, gezien de vele handelscontacten met het Westen, maar de opschriften zijn alleen in Chinese schrift. Zodoende zijn we genoodzaakt veel rond te vragen om te weten te komen waar de bus naar Huizhou te vinden is. De Rough Guides geeft ook niks aan en iemand vinden die Engels spreekt en ook nog weet waar we de bus naar Huizhou kunnen vinden is een onmogelijke combinatie. We kunnen het net zo goed in het Fries, Grunnings of het Stellingwerfs vragen, het resultaat blijft hetzelfde.
Stel je daarbij even een temperatuur van 29 graden voor met een hele hoge luchtvochtigheid, 2 backpackers van achter in de 50 met elk een rugzak die steeds zwaarder aan voelt en ook nog een klein rugzakje met handbagage afwisselend in de hand en voor de borst en dan van hort naar her te worden gestuurd in een onbekende stad, waarbij elke Chinees die je vraagt je weer een andere kant op wijst en waarbij het oversteken van de straat vast niet bij de reisverzekering is inbegrepen. Met het zweet dik op het voorhoofd en een bloeddruk ver boven het landelijk gemiddelde komen we uiteindelijk bij toeval bij het treinstation uit.

Tegen beter weten in sluiten we achter aan in een lange rij, hoewel we uit ervaring weten dat er vaak moeilijk aan treinkaartjes is te komen. We stellen ons er al op in dat als we na een half uur aan de beurt zijn bij het verkeerde loket blijken te staan. Eerst lijkt het daar ook op op als het meisje achter het loket aangeeft dat er geen kaartjes zijn naar de plaats waar we heen willen. Maar dan komt er een collega van een loket verder ons helpen. Die vertelt dat er kaartjes zijn voor de trein van 15 uur. Aangezien het nu 14.15 uur is hoeven we niet lang na te denken en met een triomfantelijke grijns nemen we de tickets in ontvangst. Na alle problemen is dit weer kicken, ook al omdat we besloten hebben nog een stuk verder te reizen dan we met de bus van plan waren. We gaan door naar Meizhou, zo'n 350 km ten noorden van Shenzhen. In de koele wachtkamer wissen we het zweet van het voorhoofd en de bloeddruk komt ook weer op een aanvaardbaar niveau. In China wacht je niet op het perron, maar in een wachtkamer. Vlak voordat de de trein er is en soms als deze al op het perron staat gaan de hekken open en kun je naar de trein. Ondanks de genummerde plaatsen geeft dit altijd veel gedrang, een nationale sport in China. Deze keer staat de trein er al en het duurt nog tot 15.30 uur voordat we vertrekken. We hebben meteen al aanspraak met een man die zichzelf het Engels heeft eigen gemaakt. Over en weer worden ervaringen uitgewisseld en vertellen we elkaar waar we vandaan komen, waar we overal geweest zijn en nog wat tips over mooie plekjes in China. Ook de censuur door de overheid m.b.t. GOOGLE in China komt ter sprake, dat de afgestudeerden met een universitaire opleiding geen werk kunnen vinden, dat iedereen in China mee wil profiteren van de economische boost en daarom steeds hogere wensen heeft, zoals een auto, eigen huis enz. Het is de ongebreidelde 'snelgeldmentaliteit' die lang niet voor iedereen is weggelegd en in de toekomst voor grote sociale onrust kan zorgen. Hij vertelt dat mensen in Shenzhen momenteel hun baan verliezen en in de problemen komen met het kort geleden gekochte zuurstokkleurige flat omdat bepaald werk nu naar regio's binnen China gaat waar weer goedkoper geproduceerd kan worden. Zo pratend vliegt de tijd voorbij en doen we weer leuke kontakten op. Er komt een meneer door de trein die een langwerpig doosje probeert te verkopen met sigaretten erop afgebeeld. Veel Chinezen overwegen het te kopen, hikken toch wel tegen de prijs aan, maar als ze er ook nog 2 tandenborstels bij krijgen kopen de meesten het. Nu is ons duidelijk dat het om tandpasta gaat, speciaal voor rokers. Voor omgerekend 1 Euro kopen wij ook een tube, tot groot plezier van de man, die hiermee in een keer een internationale deal heeft afgesloten.

DAG 7 Gasmasker
Om 21.30 uur komen we aan op het treinstation van Meizhou, dat ruim 5 km buiten de stad ligt. Er staan heel wat mensen met een eigen auto klaar die graag een paar Yuan bij willen verdienen als taxi. Na enig onderhandelen vinden we een pa en moe die ons netjes naar het hotel in Meizhou brengen. In het hotel weten ze al van onze komst, want de man die we in trein hebben ontmoet, heeft al gebeld en ook al een prijs afgedongen. Een prijs waar we heel tevreden over zijn gezien de ruime kamer die we krijgen.

Nog even naar de naastgelegen supermarkt voor een paar bekertjes yoghurt en dan is er een intensieve reisdag voorbij, die soms veel doorzettingsvermogen vroeg, maar alle inspanningen waard was door de vele indrukken die we weer opgedaan hebben. Het is inmiddels 23 uur, we kunnen rustig gaan slapen, de zuurstofmaskers voor een eventuele hotelbrand liggen in het nachtkastje, welterusten.


DAG 8 (8 mei) Meizhou

Meizhou is het centrum van de Hakka, een minderheid die verspreid in verschillende delen van China wonen. Hakka is een gesproken variant van de Chinese talen, die vooral in het zuiden van China, op Taiwan en op het eiland Hainan wordt gesproken. Hakka is niet verstaanbaar voor mensen die alleen het Mandarijn spreken en andersom. Door migratie vanuit het oorspronkelijk taalgebeid in Azië naar andere werelddelen zijn er thans over de gehele wereld verspreid ongeveer 34 miljoen mensen die de taal als moedertaal hebben, maar de taal verschilt per provincie en streek. Het Hakka wordt ook gesproken door Surinamers van Chinese afkomst.

Toeristen zie je niet in Meizhou, dat is ook een van de redenen dat we voor dit gebied gekozen hebben, maar we maken het onszelf daarmee niet gemakkelijk. De inwoners zijn geen buitenlanders gewend, als je iets moet weten en ze iets vraagt slaan ze helemaal dicht, ze staren je aan alsof je van een andere planeet komt. Maar ja, als een Chinees in het Hart van het Noorden je in het Chinees aanspreekt, heb je dan wel snel een antwoordt paraat ?
Meisjes in de winkels komen giebelend bij elkaar staan kijken naar die langneuzen. Als je in de supermarkt vraagt waar een product staat maken ze dat ze wegkomen om je vanachter de stellingen stiekem te begluren. Vandaag twee maal eenvoudig, maar lekker gegeten bij de Chinees en het Tsingtao bier smaakt nog even goed als bij vorige reizen, zeker bij deze hoge temperaturen. Gelukkig is het vandaag niet zo'n vochtige klamme warmte. Maar de stad is niet erg interessant, morgen maar weer verder trekken.

Problemen met de website vandaag, ondanks dat het internet hier zeer snel is voor Chinese begrippen. Na Macao is het de eerste keer dat we in China proberen in te loggen, maar het lukt niet op de site te komen. Met R. in Nederland gemaild, die kan er daar zonder problemen in komen. De censuur van de Chinese overheid zal toch niet toegeslagen hebben ? Zou de Chinese regering door hebben dat we weer in het land zijn ??? We kunnen wel op GOOGLE.COM, maar niet op DEOENPRUTSDUKSJUNS ! Blijkbaar is die laatste veel staatsgevaarlijker. We zullen nu de berichten naar R. mailen, die ze dan op de site zal zetten, een beetje omslachtig, maar we laten ons niet daar de Chinese filters tegenhouden. Persvrijheid, vrijheid van meningsuiting enz. enz.

In de plaatselijke krant lezen we dat Louis van Gaal Landesmeister geworden is met Bayern Munchen (u moet maar aannemen dat wij dat kunnen lezen).
DAG 8 Van Gaal

s-Avonds valt het licht uit in het hotel en krijgen we een kaarsje op de kamer. Maar als we de gordijnen open houden hebben we meer dan voldoende licht van de videowall van de overburen, de Bank of China. Alleen de airco missen we, maar de warmte valt wel mee.

DAG 8 Meizhou Avond

DAG 9 (9 mei) van Meizhou naar Dapu

Om 12 uur gaan we met een taxi naar het busstation van Meizhou. We willen naar Yongding, maar bij het busstation vernemen we dat er nog maar 1 kaartje voor de bus beschikbaar is. Dat is niet zo leuk, want er gaat slechts één bus per dag. Er zit niks anders op dan nog een dag in Meizhou te blijven en kopen alvast 2 kaartjes voor de bus van morgen.

Het is 12.15 uur en we besluiten toch nog even te wachten, je kunt nooit weten of er straks nog een kaartje over is. We bladeren nog even door de Rough Guide en lezen dat er een bus naar Dapu gaat, een plaats in de richting van Yongding. Snel terug naar het kaartjesloket en vragen of die bus ook gaat. Ja, er gaat een bus om 12.30 uur. Het is al een paar minuten later, maar de bus staat er nog. Met hulp van de super medewerking van de lokettiste kunnen we de gekochte kaartjes omruilen voor een kaartje naar Dapu. Snel de rugzakken bij elkaar gegraaid en hollen naar de wachtende bus. We zitten nog niet of we rijden ook al, terwijl het zweet ons van alle kanten uit de poriën komt. Maar dit is beter dan een hele (zon)dag verloren laten gaan in Meizhou. In een rammelende bus, waarbij elke voeg van de betonweg voor een schokeffect zorgt en met een chauffeur die al het andere verkeer met zijn claxon van de weg wil blazen en met Chinese passagiers die onderweg met de conductrice bekvechten over de ritprijs, weten we dat het echte reizen in China is begonnen. We rijden door een heuvelachtig gebied met bananenbomen, kleine rijst- en groenteveldjes en langs dorpjes met kleine huisjes in de velden. Zo nu en dan een grotere plaats en soms langs een modderbruine rivier, kortom GENIETEN !

Als we uitstappen in Dapu worden we meteen omringt door allerlei Hakka mannen, die tegen ons beginnen te praten in hun Hakka taaltje, maar niet begrijpen wat wij willen. Je kunt het natuurlijk ook omdraaien en zeggen dat wij niet in staat zijn duidelijk te maken wat wij willen. Als we de hand onder het hoofd houden ten teken dat we een slaapplaats zoeken is er uiteindelijk toch een pientere kerel die snapt dat we een hotel zoeken en ons wenkt mee te komen. Erg pienter is hij toch niet, want hij wijst ons op zijn brommer. Dat zien we toch niet zo zitten, met z'n 2-en en met de rugzakken bij hem op de brommer door de stad. Een andere man heeft het nu ook door en wenkt ons naar zijn auto. Dat is toch iets beter, hij brengt ons naar een mooi hotel, met een mooie kamer, maar we vinden dat we te weinig korting krijgen van de stugge baliemedewerkster. Dus de rugtassen weer op de rug en lopend verder zoeken. Het volgende hotel is veel goedkoper, maar de kamer ook veel minder. We twijfelen even en besluiten toch nog verder te zoeken. We zijn een beetje kritisch vandaag, maar dat loont zich. In het Chinees Overseas Hotel vinden we een mooie ruime kamer inclusief internet. En met personeel dat met het grootste plezier je alles uit wil leggen en alles voor je wil doen. Helaas spreken ze geen woord Engels, maar dat compenseren ze met een overvloed aan woorden in het Hakka dialect.

Dapu-Eten in prive kamer
Om 18 uur begint het stevig te regenen. Gelukkig kunnen we in ons eigen hotel eten. We krijgen een eetkamer bestemd voor 8 personen voor ons alleen, incl. een TV waar we naar kunnen kijken zolang het eten nog niet klaar is en een goede Chinese thee. Met een taalgidsje Mandarijn en veel handgebaren weten we een keus te maken. Het is altijd weer een verrassing hoe dat uitvalt, maar vandaag is een schot in de roos. Het eten bestaat uit knapperige bloemkool, gebakken rijst met diverse groenten, een heerlijk stuk gebraden eend, gekookte reepjes pittig rundvlees met Chinese kool en een gestoomde vis waarvan de stoom uit zijn ogen komt van kwaadheid terwijl hij ons aan kijkt en ook nog zijn vlijmscherpe tanden laat zien. Maar we laten ons niet door hem intimideren en (vr)eten hem helemaal op. En dat voor totaal 8 euro incl. een Chinees biertje, "Produced like German Beer", zo staat op de fles. Morgen hier weer eten !

DAG 10 (10 mei) Dapu

We  nemen vanmorgen eerst even een kijkje op het plein voor het hotel. Hier komen de oudjes bijeen voor een praatje, een partijtje Chinees schaak, een handwerkje of om even een dutje te doen in de zon of in de schaduw onder een prieeltje.

In de omgeving van Dapu hebben de Hakka vele zogenoemde tulou gebouwd. Het zijn meestal ronde, soms vierkante bouwwerken, opgetrokken uit aarde, bamboe en hout, de oudsten zijn gebouwd in de 14de eeuw en de laatsten in de vijftiger en zestiger jaren. Van buiten lijken het net forten met slechts één ingang en alleen boven de tweede en eventueel derde verdieping kleine vensters naar de buitenwereld. Van binnen zijn het complete dorpen met in de buitenring etagewoningen. De huizen gaven vroeger onderdak aan hele clans en vormden een woongemeenschap voor een uitgebreide familie en iedere bewoner had dan ook dezelfde achternaam. Wanneer de clan te groot werd gingen ze een nieuwe Tulou bouwen. De traditionele bouwstijl van de woongemeenschappen diende om hen te beschermen tegen vijanden en plunderende bendes. Een dorp kan honderden kamers bevatten tot soms 800 bewoners. Alles is aanwezig in de kleine vestiging, inclusief een waterbron en ze zijn goed geventileerd, bestand tegen aardbevingen, warm in de winter en koel in de zomer.


De eerste Tulou waar we heen lopen is nog volledig bewoont. Voorzichtig kijken we om een hoekje, waar een mevrouw ons wenkt verder te komen. Jammer dat we elkaar niet kunnen verstaan, want ze wil ons van alles vertellen. Ook al proberen we uit te leggen haar niet te verstaan, ze is niet te stoppen. We lopen rond en snuiven de boereparfumgeur op, afkomstig van de kippen en de dikke varkens in het hok. Terloops kijken we even binnen in wat meer hokjes dan huisjes zijn. En dan zo dicht op elkaar wonen.

De tweede Tulou is kort geleden gerestaureerd en hier moet je entreegeld betalen. Hoewel er een speciale parking is aangelegd dat doet vermoeden dat er hordes toeristen op af komen zijn wij de enige bezoekers. Na de verwoestende jaren van de Culturele Revolutie (1966-1976), waarin al het oude moest worden vernietigd, is er veel tastbaars verloren gegaan van de lange Chinese historie. De Tulou werden echter gespaard omdat men er destijds geen historische waarde in zag. Maar nu probeert de overheid er mooie sier mee te maken door van een aantal Tulou toeristische attracties te maken en er geld aan te verdienen, dat zeker niet altijd te goede komt aan de plaatselijke bevolking.

DAG 10 TULOU 2 BuitenkantDeze Tulou is veel groter dan de eerste die we bezochten, maar er wonen nog maar een paar mensen en helemaal geen vee. We missen hier dan ook de sfeer van bewoning, mede door het ontbreken van de boereparfumgeur. De enige manlijke bewoner die we er tegen komen is meteen de eerste onvriendelijke Hakka die we tot nu toe ontmoet hebben, zal mogelijk toch met het toerisme te maken hebben of met het ontbreken van medebewoners. Gelukkig is het oude vrouwtje dat genoeglijk op een stoeltje voor haar kleine huisje zit, wel vriendelijk, al lacht ze me wel uit als ik een traptrede mis.

DAG 10 Vrouwtje in Tulou

Morgen reizen we weer verder, maar gaan vanavond alvast naar het busstation om kaartjes te kopen. Want het zou niet leuk zijn als er opnieuw maar 1 buskaartje beschikbaar zou zijn. Het regent opnieuw en daarom nemen we de taxi samen met een vriendelijke jongen van het hotel die ons heeft geholpen met het uitzoeken welke bus we moeten hebben. We kunnen rustig zeggen dat de Hakka de meest vriendelijke en behulpzame mensen zijn die we in China ontmoet hebben. We mogen de Hani echter ook niet vergeten, die we twee jaar geleden ontmoetten in het zuiden van China tegen de grens met Vietnam. Daar werden we zelfs uitgenodigd bij ze te komen eten (zie http://gochina.pimpblog.nl/ vrijdag 2 mei Luchun - Markt van minderheden en eten bij de Hani).

DAG 11 (11 mei) van Dapu via Longyang naar Xiamen

Vanmorgen vroeg opgestaan, want de bus vertrekt om 8.45 uur vanaf het busstation naar Yongding. Maar we kunnen pas na 7.30 uur lunchen in het hotel. Daardoor wordt het wel krap tijd om de kamer af te rekenen, een taxi te bestellen en bij het busstation te komen. We manen het personeel tempo te maken, maar dat maakt weinig uit, het is al 8 uur als het eten gebracht wordt. Als de taxi daarna ook nog op zich laat wachten raken we toch wat nerveus, want we willen wel een volgende etappe afleggen vandaag. Maar alle gestress is voor niets geweest, want op het busstation vernemen we dat de bus er nog niet eens staat. Uit ervaring weten we dat je er nooit op kunt vertrouwen als één persoon dat zegt, vandaar dat we het aan verschillende mensen vragen, maar het klopt wel. De bus vertrekt uiteindelijk pas even na 9 uur.

Er is veel vrachtverkeer op de weg, waardoor het niet erg op schiet, hoewel de chauffeur niet bang is in te halen, zeker niet bij onoverzichtelijke bochten. Met zijn claxon denkt hij de weg wel vrij te krijgen. We rijden door de bergen, maar helaas is het uitzicht beperkt door de bewolking en zo nu en dan wat regen. Het is 10.45 uur als we in Yongding aankomen. Hier moeten we een andere bus nemen naar Xiamen , welke pas om 13 uur vertrekt. We geven de rugzakken in bewaring op het busstation en gaan maar even het stadje in, waar maar weinig te zien is, alleen ontelbaar veel kleine winkeltjes. We zien wel een groot bord met daarop SUPER Market, maar dat blijkt de plaatselijke markt te zijn. We kopen wat eten voor onderweg, tracteren onszelf op een ijsje en gaan zo nu en dan even ergens op een stoep of bankje zitten. Een terrasje, zoals in Nederland zul je overigens in China nergens vinden, dat is wel jammer, zeker met dit mooie weer. We kijken naar de voorbijkomende mensen en het verkeer dat om elkaar heen krioelt en constateren dat Chinezen gelijktijdig kunnen fietsen, roken en telefoneren.

De bus naar Xiamen (spreek uit Sjaamen) is een comfortabele touringcar, maar het eerste gedeelte gaat nog steeds door de bergen met opnieuw veel vrachtverkeer, vaak met steenkool geladen, dat hier gewonnen wordt. Het tweede gedeelte gaat over de tolweg en gaat een heel stuk sneller. In Xiamen komen we langs een grote fabriek van Hunter Douglas, fabrikant van o.a. Luxaflex. Een paar jaar geleden stond er in Leek ook een grote fabriek van HD, maar daar is weinig meer van over. We denken nu te weten waarom. Uiteindelijk komen we om 16.30 uur aan op een busstation ergens in Xiamen. Eerst maar eens een rustig plekje zoeken om aan de weet te komen waar we zitten en hoe een hotel te vinden. Lang blijft het niet rustig, want al snel staat er een taxichauffeur, een schoenpoetser, een bedelaar en een man die stadsplattegronden verkoopt, om ons heen. We kopen een stadsplattegrond, poeieren de schoenpoetser en de bedelaar af en houden de taxichauffeur te vriend, want die spreekt een beetje Engels. Hij weet ook wel een hotel voor een redelijke prijs en brengt ons daarheen. Hoewel het niet een onredelijke prijs is willen we toch nog even een hotel een eindje verder bekijken. Maar A. heeft behoorlijk hoofdpijn en door de drukte moeten we er zo lang wachten dat we besluiten naar het eerste hotel terug te gaan en daar de kamer maar te nemen. Dit is het Xiamen Spring Sunlight Hotel aan de drukke boulevard. Vanuit onze kamer kunnen we nog een stukje van de zee zien. Aan de achterkant begint de oude stad, waar we een kijkje gaan nemen en de inspanningen van het reizen snel doet vergeten.

DAG 12 (12 mei) Xiamen - De oude stad

Xiamen is een havenstad en ligt in het zuiden van de  provincie Fujian tegenover Taiwan. Jarenlang zijn de betrekkingen met Taiwan uiterst vijandig geweest omdat China vindt dat het eiland bij China hoort, maar de laatste tijd normaliseren de betrekkingen. Met 1 miljoen inwoners is het een kleine stad voor Chinese begrippen, maar goed ontwikkeld met moderne bebouwing rondom de oude stad. De oceaan zorgt er voor een verkoelende bries.

Buitenlandse toeristen kom je hier niet tegen. Toch worden we niet zo nagestaard als de dagen hiervoor in het binnenland. Wij vinden het een prettige stad om een paar dagen te vertoeven, met name de oude stad, waar we vrijwel de hele dag doorbrengen.
Er zijn nog veel koloniale huizen te vinden, maar vrijwel allemaal enorm vervallen. Veel kleine winkeltjes en werkplaatsjes waar ambachtslieden aan het werk zijn en de geur van lekker eten je tegemoet komt vanuit de kleine eethuisjes.
We dwalen door nauwe steegjes met mooie doorkijkjes, waar je de ene foto na de andere van kunt nemen, maar waar je ook gemakkelijk kunt verdwalen, zo ondervinden we. Een groot deel van het gezinsleven speelt zich in de smalle straatjes af. Mensen koken op straat, doen er de kinderen in bad , hangen er de was te drogen, babbelen met elkaar en spelen een spelletje kaart of Mahjong.

Overal op straat wordt thee gesorteerd. Voor de Chinezen is thee net zo belangrijk als wijn voor de Fransen en ook de prijs van de bijzondere theesoorten komt overeen met de betere wijnen. We worden uitgenodigd om thee te proeven in een klein winkeltje. En dat is meer dan theedrinken alleen. Er hoort een hele ceremonie bij. Het is een speciaal gebeuren waarbij men tijd maakt om te relaxen en te genieten van de smaak en de geur van thee. Net als bij wijn is het eerst ruiken en daarna met kleine teugjes proeven. Wel lekker, maar iets te veel werk om thuis zoiets te doen. Buitendien geven wij de voorkeur aan koffie.

PhotobucketDat Xiamen aan zee ligt zie aan de levende vis, kreeften, zeepaardjes en schildpadden die in bakken en teiltjes rondspartelen. Ook al ben je geen groot dierenliefhebber, het is niet leuk te zien hoe weinig ruimte de beesten krijgen. Hetzelfde geldt voor de andere dieren op de markt. Waar in Nederland de pijnlijke en wrede routine van de enorme vleesindustrie onzichtbaar blijft, wordt juist op de markt onverhuld getoond dat het vlees dat je koopt dagvers is. Ze worden gedood waar je bij staat en al naar gelang de voorkeur geplukt, gevild of in mootjes gehakt. Wil je ze levend meenemen en het karweitje thuis klaren, dan kan dat ook en het is goedkoper, dat spreek vanzelf. Grote stukken vlees maar ook nieren, darmen, kop, poten en hart van een varken en rund liggen op tafels en je kunt aanwijzen wat je wenst.

Vanuit het hotelraam hebben we mooi zicht op de waslijn op de platte daken van de overburen. Zo krijgen we een goed inzicht in de samenstelling, de smaak en de voorkeuren van hun kleding. Ondanks het subtropische klimaat dragen veel mannen dikke hemden, lange onderbroeken en zijn bij vrouwen vleeskleurige sokjes, xxl-vrouwenslips in heldere kleuren en roze bh’s populair. Tienerkleding is alleen al herkenbaar aan de merken. Populair zijn Lacoste shirtjes en poloshirts van Ralph Lauren, allemaal vervalst natuurlijk. Kinderkleding verraden een grote voorkeur voor vrolijk en grappig gestileerde prints. Kinderen die nog niet zindelijk zijn, dragen in China broekjes met een open kruis om direct hun behoefte weg te kunnen laten lopen. Heel praktisch en het bespaart luiers. Maar bij de ouders die ze kunnen betalen worden de wegwerpluiers steeds populairder . Kan nog een mooie afvalberg opleveren met zoveel mensen.



DAG 13 (13 mei) Xiamen - Het eiland Gulang Yu

Buitenlanders kwamen naar Xiamen: Portugezen, Britten, Fransen en Nederlanders. Zij konden echter geen handel drijven aangezien sinds 1750 de haven dicht was voor buitenlanders. Pas toen de Opiumoorlog de haven opende onder druk van de Britse marine in 1841 kwam daar verandering in. Zowel Japan als westerse mogendheden vestigden zich op Gulang Yu, een klein eiland op tien minuten varen van de stad Xiamen. Rond 1880 woonden hier buitenlandse bobo’s met een eigen dagelijkse Engelstalige krant, eigen ziekenhuizen, bibliotheken, postkantoren en politie. Uiteraard waren er ook kerken en met name de katholieke kerk is goed bewaard gebleven. Tussen 1938 en 1945 was Xiamen in Japanse handen.

Op de heenweg betaal je niets voor de overtocht naar het eiland, op de terugweg omgerekend 80 Eurocent. Je kunt dus gratis op het eiland komen, maar om er weer weg te geraken moet je wel betalen. Wil je op het bovendek dan betaal je 10 Eurocent extra voor het mooiere uitzicht. Op de veerboot heerst een opgewonden schoolreisjesstemming onder de vele Chinese toeristen die een dagje naar het eiland komen. Voor de weinige westerse toeristen is het een feest van herkenning. Koloniale villa’s in vooral Mediterrane stijl vind je over het hele eiland, vaak prachtig gelegen en met mooie tuinen. De enkele kleine dorpjes ademen een Zuid-Europese sfeer met hun smalle straatjes en vaak fraaie huizen. Maar de meeste villa’s zijn erg slecht onderhouden en sommigen zelfs overwoekerd door planten en klimop.
Er zijn verschillende hotels, een hostel en allerlei kleine restaurants waar vooral visgerechten populair zijn. We zien hier ook de eerste buitenlandse toeristen, en horen Nederlands spreken en waar komen ze vandaan ........ nee nee, uit Vlaanderen.
Het is erg plezierig om op het eiland rond te lopen en we vermaken ons er dan ook de hele dag en lopen dan ook bijna het hele eiland rond. Als je even buiten de route van de souvenirswinkeltjes bent, kom je al geen Chinese toerist meer tegen. Het is ook heerlijk weer, veel zon en een verkoelend briesje. Er mogen geen auto's komen, alleen handkarren om de producten op het eiland te vervoeren en elektrisch aangedreven golfkarretjes voor de toeristen. Midden op het eiland kun je door tunnels lopen die omstreeks 1950 in de bergen zijn uitgehakt, toen de militaire dreiging met Taiwan ernstige vormen aannam.
Xiamen Eiland Tunnel

We bezoeken een mooie fototentoonstelling en zijn er de enigste bezoekers. Een fototentoonstelling is niet aan een Chinees besteedt, hoewel volgens onze inschatting de Chinezen de meeste foto's maken en niet alleen omdat ze met zovelen zijn. Maar alleen een gebouw of landschap zullen ze nooit op de foto zetten. Altijd moet de eigen familie prominent in beeld, liefst met 2 vingers gespreid omhoog (Peace ?!). Ik heb dan ook maar eens een Chinese meneer gevraagd waarom er altijd iemand bij op moest. Het antwoordt was: "Memories". Dat weten we dan ook weer, ze komen met heel veel memories thuis, en dat meestal dankzij hun mobieltje. Veel Chinese bezoekers aan het eiland komen van het platteland en een blank gezicht doet de hoofden van bezoekende plattelanders omdraaien. Regelmatig worden we gevraagd of we met één van hen op de foto willen. En daarna met de ander en daarna met weer een ander en daarna .......... enz. En tenslotte met de hele groep. Een enkele keer draaien wij het om en zetten een paar Chinezen op de foto, komen wij ook met een paar memories thuis.
Xiamen Eiland mensen op foto

Als afsluiting van de dag bezoeken we het zeeaquarium met prachtig grote vissen, haaien, zeerobben, twee zielige kleine pinguïns op een betonstrand en een dolfijnenshow. Sensationeel is de grote buis van glas door het aquarium, die geheel omgeven is door water. Je kunt er doorheen lopen of op een lopende band gaan staan en ziet de haaien, roggen en felgekleurde tropische vissen vlak voor je ogen voorbij zwemmen. Het is alsof je zelf in het water zwemt, maar zonder een nat pak te krijgen ! (zie www.xmuww.com.cn).

We willen morgen weer verder reizen in noordelijke richting naar Jingdezhen, een behoorlijke afstand. We kunnen per vliegtuig en dat kost 75 Euro, maar we verkiezen de gezelligheid van de trein voor 13 Euro, beter gezegd we kiezen we voor onze portemonnee. Om zeker te zijn van een plaats gaan we vanavond naar het treinstation om alvast een kaartje te kopen. De hele hal staat vol mensen die allemaal voor de loketten staan te wachten en dat om 20.30 uur. Bij elk van de 4 loketten staat een rij van 50 meter lengte. De schrik slaat ons om het hart, dat wordt lang wachten, want er zit geen enkel tempo in. Voordat we achter aansluiten vragen we voor de zekerheid maar even aan iemand waar wij kaartjes naar Jingdezhen kunnen krijgen. Wij worden verwezen naar een eind verderop in de hal, waar ook 4 loketten open zijn en "slechts" 4 rijen van ca. 25 meter voor staan. Gelukkig hebben we vanavond alle tijd en hoeven nu geen trein te halen en sluiten achter aan in een rij. We staan in een rij waar alles redelijk vlot verloopt en hebben na ruim een half uur ons gewenste kaartje en kunnen dus gerust zijn dat we morgen kunnen vertrekken. In één van de andere rijen wordt flink gescholden en op de glaswand van het loket geslagen. Hierop sluit de lokettiste het loket. Er wordt nu nog meer op het glas gebonkt, maar de hele rij kan afdruipen. Het waarom van het tumult is ons niet duidelijk en alleen wij kijken er van op. Dit is China, een land waar we nog steeds weinig van begrijpen.

Ook China;
vanmorgen op de boot naar het eiland zijn de de laatste passagiers nog niet van boord of de wachtende meute stormt de boot al op. De laatsten moeten vechtend via een smalle trap door de duwende meute alsnog van boord zien de komen.

Ook China;
in ons hotel komen we met de lift aan op de begane grond. Voor de lift staat een hele groep wachtenden die, zodra de liftdeuren open gaan meteen naar binnen stormen. Wij moeten ons er door vechten om er alsnog uit te komen. gelukkig zijn we sterk genoeg en delen een paar flinke porren uit. En maar blijven lachen die Chinezen.
Waar alles wel netjes en ordelijk verloopt en men keurig in de rij blijft wachten is Hongkong, de voormalige Britse Kolonie en dus Brits opgevoed, maar hoe lang zal dat nog zo blijven ?

DAG 14 (14 mei) van Xiamen naar Jingdezhen

Vanmorgen lopen we nog even over de markt vlakbij het hotel. Vooral veel vis, waarvan we een aantal soorten gisteren in het zeeaquarium zagen zwemmen en nu hier in kleine teiltjes en bakken zien spartelen. O.a. tonijn, murenes, haaitjes, zeeslangen en zelfs de steenvis liggen hier hun laatste lucht door de kieuwen te persen voordat ze op tafel komen.

Route Xiamen-JindezhenVroeg in de middag nemen we een taxi naar het treinstation waar weer even lange rijen voor de loketten staan als gisteravond. Maar wij kunnen gelukkig gelijk door naar de trein, die precies om 14.37 uur vertrekt.
We denken dat de trein om ongeveer 9 uur vanavond in Jingdezhen zal zijn, maar vragen dit voor de zekerheid maar even aan onze mede passagiers. Ze bevestigen dat de trein inderdaad om 9 uur aankomt, maar niet vanavond 9 uur, proberen ze ons duidelijk te maken, maar morgenvroeg 9 uur ! Het duurt even voordat dit tot ons doordringt. We kijken elkaar eens aan en beginnen te lachen, wat een blunder van ons. Op de treintickets konden we alleen het getal 9 lezen en veronderstelden dat we dus om 9 uur vanavond aan zouden komen in Jingdezhen, maar we hebben ons weer eens verkeken op de enorme afstanden in China. Maar we kunnen de humor er wel van inzien en het voordeel is dat we vanavond geen hotel meer te hoeven te zoeken en de hotelkosten uitsparen. Dat maakt deze treinrit wel erg goedkoop, 18 of 19 uur treinen voor 13 euro p.p., incl treinhotel. We komen de tijd wel door en hebben voldoende eten en drinken bij ons en in de trein is ook genoeg te krijgen.
We hebben de onderste van de drie boven elkaar gelegen bedden, maar ruilen deze voor de twee middelste bedden met een jong stel met een kleine baby. Hebben zij meer ruimte en kunnen de baby ook beter verzorgen op het onderste bed. Zo zijn we dan ook weer. Het nadeel van een bed beneden is ook dat iedereen er op gaat zitten en je dus het bed niet voor jou alleen hebt, tenzij je er de hele tijd op gaat liggen.
Trein Xiamen-Jindezhen

De slaaptrein van Xiamen naar Jingdezhen

DAG 15 (15 mei) Jingdezhen

Na een treinrit van zo'n 19 uur komen we om 10 uur smorgens aan in Jingdezhen. Dat Jingdezhen een porseleinstad is merken we al als we uit de trein stappen en zien dat de straatlantaarnpalen met fraai beschilderd porselein omhuld zijn. Dat hebben we in Makkum of Delft nog niet gezien.
Jingdezhen Lantaarnpaal

We hebben redelijk geslapen op de smalle treinbedjes en voelen ons nog behoorlijk fit, maar zijn toch wel blij dat we er eindelijk zijn. We hebben wel een luxe kamer verdient en vinden die in het Wen Yuan Business Hotel vlak bij het station. Na een heerlijke douche en schone kleren gaan we de stad in op zoek naar een ontbijtje, want dat hebben we in de trein nog niet gehad. In de Wall Mart kopen we lekkere broodjes, yoghurt, cakejes en heerlijk belegde stokbroodjes. Terug in het hotel vallen we beide vrijwel onmiddellijk in slaap. Toch wel wat slaapgebrek dus en vermoeid van de lange treinreis.


Wie porselein zegt, zegt China en Jingdezhen is dé keramiek stad van China. Al 800 jaar geleden begonnen ze hier porselein te maken. Bekend in Nederland is de vondst van porselein uit het scheepswrak de Geldermalsen. Het schip de Geldermalsen leed schipbreuk in 1752 met aan boord een enorme lading Chinees porselein voor Nederland.
Het porselein was na 233 jaar nog intact. De thee, die door het zeewater was gaan uitzetten, had het porselein met een beschermende laag omhuld. De ironie wil dat de kisten met porselein oorspronkelijk bedoeld waren als bescherming van de thee; zij moesten verhinderen dat lekwater de kostbare thee waardeloos zou maken. Het porselein was slechts een bijzaak voor de V.O.C. De lading Chinees porselein die werd geborgen bestond uit ruim 160 duizend voorwerpen in de kleuren blauw en wit. Onder het porselein bevonden zich 40.000 theekommen, schotels, juskommen, botervloten, zoutvaatjes, beeldjes, heren- en kinderpo's, kwispeldoors en bierpullen. Er bevonden zich ook complete eetserviezen in de lading, waarvan sommige zelfs geschikt waren voor een maaltijd met 144 personen.
Een deel van de geborgen lading van de Geldermalsen werd in 1986 bij het veilinghuis Cristies's geveild. De 160.000 stuks porselein, het goud en de diverse gebruiksvoorwerpen brachten ruim 37 miljoen gulden op. Enkele belangrijke stukken 'Geldermalsen porselein' zijn aan het Groninger Museum geschonken.

Jingdezen is een stad met ruim 300.000 miljoen inwoners, die volledig draait om porselein.Maar zo florissant gaat het hier toch niet, fabriek na fabriek gaat hier failliet. Veel mensen komen in de bouwsector terecht, want op de plaats van de fabrieken worden winkelcentra en luxe flats gebouwd. Flat na flat neemt Jingdezhen over, maar voor veel veel mensen zijn ze onbetaalbaar ! Het is een bizarre situatie: de regering verschaft enerzijds werk voor de mensen, terwijl de lege flats langzaam een spookachtige sfeer creëren. Waarom al die energie in flats stoppen, terwijl de porseleinindustrie extra steun nodig heeft ? Ook onderweg in de trein vielen de skeletten van onafgebouwde huizen op, het metselwerk was gereed, maar kozijnen zaten er nog niet in en dat dorp na dorp. Enige activiteit om het af te bouwen was er niet te bespeuren. Het hoe en waarom kunnen we alleen maar naar gissen, maar zet je wel aan het denken !

DAG 16 (16 mei) Jingdezhen - Keramiek museum en de oude stad

We bezoeken vanmorgen het keramiek museum. Hier is niet alleen de geschiedenis van het porselein uitgebeeld, maar worden ook demonstraties gegeven van de vervaardiging. Alle stadia van de traditionele porseleinproductie zijn in het museum te zien. Het was Marco Polo die in een Chinees reisverslag uit 1296 voor het eerst melding maakte van het porselein. Hij noemde het porcella, naar een weekdier met een witte schaal. Het belangrijkste productiecentrum was, vanaf de achtste eeuw, Jingdezhen. Hier waren de grondstoffen voor het maken van porselein voorhanden.



Als een goochelaar tovert de draaier een vaas uit een homp klei. Hij drukt z'n handen samen en trekt de natte klei omhoog van de draaischijf. Zijn handen werken als mallen die de vorm van de vaas sturen en begrenzen. Na tien minuten draaien staan er tien identieke vazen. Ze worden op een lange smalle plank gezet om te drogen.
Vooral het beschilderen van het porselein maakt op ons veel indruk, het is erg mooi en zeer gedetailleerd. De afbeelding die er op komt bepaalt voor een groot deel de waarde. Ook worden sommige vazen helemaal met de hand ingekerfd met patronen. Het duurt dagen voordat ze er één af hebben, erg indrukwekkend. Ze maken hier ook de hoogste porseleinen vazen van heel China, met een hoogte tot 4 meter.

Chinese keizers hebben zich lang door de porseleinmeesters van Jingdezhen laten bedienen. Keizerlijke ovens produceerden exclusief voor het hof, waarbij een strenge selectie werd gemaakt. De roep om perfectie ging zo ver dat tijdens de Ming periode uit honderd exemplaren slechts één product werd gekozen. De rest werd onverbiddelijk kapotgegooid omdat niemand behalve de keizer het servies met keizerlijk zegel mocht hanteren.



Later op de middag is het tijd om de extremen van de stad te gaan bekijken. Een stad die volledig draait om porselein. De straten staan vol traditioneel keramiek, vazen, borden en beschilderde beelden, waarbij blauw de boventoon voert. Van de meest luxe winkel in de hoofdstraat tot in de smalste steegjes, waar je in de modder moet zoeken of er iets voor je bij is, overal verkopen ze het. Generatie op generatie wordt de kennis overgebracht en werken families hard voor hun bestaan. 

Maar op een gegeven moment hebben we het wel gehad met alle porselein en zoeken de achterafstraatjes waar de mensen nog in hele kleine huisjes wonen, tussen de hoge flats, die steeds meer van deze straatjes verdringen. Hier tref je nog een stukje van het oude China. Voor ons altijd nog het boeiendst hier rond te dwalen en te zien hoe de mensen wonen en leven. De mensen kijken vol verbazing als ze ons hier zien, maar zijn altijd vriendelijk. Vooral doordat we maar met z'n 2-en zijn vormen we nooit een bedreiging en zijn welkom. Wel verbazen ze zich erover dat wij het de moeite waard vinden hun oude huisjes op de foto te zetten of een onderbroek. Maar Jopie Huisman zou dat zeker begrepen hebben.
                                                Achterafstraatje in Jingdezhen

Jingdezhen onderbroek
Deze onderbroek (maat onbekend) is zeker geen vervalste merkkleding, waar China toch om bekend staat.