Vanmorgen evenals de afgelopen nacht nog steeds hevige regenbuien. Tegen de middag wordt het droog en nemen we een taxi naar Likeng, een dorpje 15 km noordelijk van Wuyuan. Onderweg zien we overal ondergelopen land en rivieren die buiten hun oevers zijn getreden. De eens zo mooi bewerkte akkertjes van de boeren staan volledig blank en ook de laagstgelegen theestruiken van de theeplantages staan in het water. Voor onze taxichauffeur is dit ook geen normale situatie gezien zijn kreten en gebaren over het hoge water.
Likeng is één van de witte dorpjes rondom Wuyuan, d.w.z. dat alle huizen wit bepleisterd zijn en waarvan de oude architectuur nog vrijwel geheel in tact is. Het is nog zoals het er een paar honderd jaar geleden uitzag, maar het staat sinds kort op de toeristische kaart en wordt vooral door Chinese toeristen bezocht. Er moet entreegeld betaalt worden om het dorp in te kunnen. Geen goed voorteken, want dat betekent massatoerisme en in China dus een grote massa toeristen die achter een gids aanlopen die een vlag omhoog houdt, door een microfoon schettert en waar de groep als eenden achteraan waggelt.
Gelukkig zijn er niet al te veel toeristen met dit weer en ook de vele souvenirstalletjes bij de ingang zijn onbezet. Waar slecht weer al niet goed voor is. Wel worden we besprongen door vrouwen die op het slechte weer inspelen door ons paraplu's, regencapes, plastic slippers en zelfs laarzen willen verkopen.Ook hier geldt dat Chinezen kuddedieren zijn, want als we even buiten de normale route gaan is het al rustig en kunnen we genieten van het pittoreske dorp en zijn bewoners. Het smalle riviertje dat door het dorp stroomt is vandaag een brede snelstromende rivier. Normaal kunnen de toeristen met een bamboevlot een stukje door het dorp varen, maar nu zijn de bewoners druk bezig de bamboevlotten weer te verzamelen. Blijkbaar zijn de vlotten er vannacht alleen vandoor gegaan.
Als we naar de hoofdweg terug lopen om met de bus terug te gaan naar Wuyuan worden we aangesproken door een Chinees meisje dat ook op de bus staat te wachten. Ze vraagt of ze haar Engels mag oefenen door met ons te praten. Ze vertelt dat ze gids is en toeristen rond leidt door Likeng. Ook zo'n vlaggetjesdrager dus met een schetterende microfoon. Ze vertelt dat ze gisteren een groep Canadezen heeft gehad. Wij schatten in dat die niet veel van haar verhaal begrepen zullen hebben, want haar Engels is van een heel slecht en onverstaanbaar niveau. Wat we haar ook vragen, vrijwel nergens weet ze een antwoordt op te geven omdat ze het niet begrijpt. Het is een moeizame conversatie waarbij we vaak via creatieve omwegen duidelijk proberen te maken wat de vraag is. Gelukkig weet ze wel flink wat van de prijs van de minibus naar Wuyuan af te dingen.